Hoe werkt het halen van het motor rijbewijs?

Motorrijders zijn in het verkeer veel kwetsbaarder dan automobilisten. Motorijders moeten daarom hun voertuig uitstekend beheersen en een goed verkeersinzicht hebben.

AVB en AVD, wat is het verschil?

Het CBR heeft voor het rijbewijs A dan ook de examens onderverdeeld in twee delen: Algemene Voertuigbeheersing (AVB) en Algemene Verkeersdeelname (AVD). Je moet voor beide examen doen.

De verschillen tussen AVB en AVD zitten in de locatie waar je oefent, de situaties waarmee je tijdens de lessen te maken krijgt en de doelen waarvoor je oefent. AVB staat in het teken van voertuigbeheersing en AVD gaat helemaal over deelname aan het verkeer.

AVB

Het eerste onderdeel van het motorrijbewijs is de AVB, de algemene voertuigbeheersing. Deze motorrijlessen vinden altijd plaats op een afgesloten oefenterrein waar je alle ruimte hebt om verschillende oefeningen te doen. Door deze oefeningen te doen leer je de motor kennen en werk je aan de basisvaardigheden. De oefeningen worden bij het AVB examen getoetst. Het doel van de AVB is dat je in verschillende situaties altijd controle over de motor houdt.

Welke oefeningen zijn er bij het AVB?

In totaal zijn er 12 oefeningen, verdeeld over 4 clusters:

• Cluster 1
  • Achteruit parkeren: Bij deze oefening loop je met je motor aan de hand aan de rechterzijde van de rijbaan. Je parkeert je motor in een denkbeeldig parkeervak en zet hem op de standaard. Daarna haal je de motor van de standaard en loop je het verkeersvak uit.

• Cluster 2
  • Langzame slalom: Hierbij maak je op lage snelheid en met een slippende koppeling een mooie slalom om de opgestelde pylonen.
  • Wegrijden uit het parkeervak: Laat zien dat je gecontroleerd een scherpe bocht kunt maken.
  • Denkbeeldige acht: Rijd een gelijkmatige acht binnen een rechthoek.
  • Stapvoets rechtdoor: Houd je motor bij lage snelheid goed in balans.
  • Halve draai: Maak een halve draai bij het bereiken van de tweede pylon en keer terug naar het beginpunt.

• Cluster 3
  • Uitwijken: Wijk uit bij 50 km/u na een poort van pylonen.
  • Snelle slalom: Rijd soepel door 6 pylonen met minimaal 30 km/u.
  • Vertraging: Rem af van 50 km/u tot 30 km/u en maak een slalom.

• Cluster 4
  • Noodstop: Rem hard zonder de controle te verliezen.
  • Precisiestop: Stop precies bij een aangegeven punt.
  • Stopproef: Kom snel en gecontroleerd tot stilstand.

AVD

De motorrijlessen voor de AVD, de algemene verkeersdeelname, doe je op de openbare weg. Hierbij leer je om te gaan met allerlei verkeerssituaties en andere weggebruikers. Veilig en verantwoord deel kunnen nemen aan het verkeer dus! Je zult gaan rijden op verschillende wegen, binnen en buiten de bebouwde kom.

De aanvraag van je motorrijexamen

Tijdens je motorrijopleiding overleg je met je rijinstructeur wanneer je het praktijkexamen kunt gaan afleggen. Voor het aanvragen lever je een formulier in bij je instructeur. Na goedkeuring van de aanvraag door het CBR (Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen) krijg je een oproepkaart thuisgestuurd.

Het motorrijexamen zelf

De dag van je motorrijexamen is voor de meeste kandidaten spannend. Zorg dat je je goed voorbereid door te weten wat je moet doen. En zorg voor de juiste kleding.

Wat trek ik aan bij het motorexamen?

Bij het afrijden voor je motorrijexamen trek je kleding aan die speciaal bedoeld is voor motorrijders.

• Een goedgekeurde helm met vizier of een bril met kunststof glazen.
• Schoenen die je enkels bedekken.
• Een broek die je benen volledig bedekt en beschermt.
• Een jas die je bovenlichaam volledig bedekt en beschermt.
• Handschoenen die je handen en polsen volledig bedekken en beschermen.

Praktijkexamen AVB

Het motorexamen voertuigbeheersing duurt in totaal 20 minuten. Je zult bij het examen AVB zeven oefeningen laten zien. Je moet minimaal 1 oefening uit elk cluster uitvoeren. Je mag elke oefening bij een onvoldoende resultaat een keer overdoen. Om te slagen moet je in totaal vijf van de zeven verschillende oefeningen succesvol afronden.

Praktijkexamen AVD

Dit examen duurt in totaal 55 minuten. De examenrit zelf duurt zo’n 35 minuten. De examinator rijdt in zijn eigen auto achter je aan. Je rijinstructeur zit naast hem. De examinator kijkt naar je kijkgedrag, je plaats op de weg, je beheersing van je motor en of je de verkeersregels goed toepast.

Het rijbewijs ophalen

Als je bent geslaagd kun je je rijbewijs ophalen bij de gemeente waar je woont. Je kunt hiervoor meestal online een afspraak maken. Bij de meeste gemeenten ligt je rijbewijs na 5 tot 6 werkdagen voor je klaar. Neem een pasfoto mee, een geldig identiteitsbewijs en geld of een pinpas.

Motortraining - zelfverzekerd op de motor

Het is belangrijk om je – ook na het halen van je rijbewijs - te blijven ontwikkelen. Dat doe je door veel te rijden, maar ook door je bij te scholen in het veilig motorrijden.

Via MotoShare kun jij als beginnende of ervaren motorrijder specifieke trainingen volgen. De trainingen worden gegeven door een ervaren instructeur.

• Motorrijden met minder risico (1 dag)
• Bochten rijden in de bergen (1 dag)
• Motorrijden in de bergen (3 dagen)